Zal al-Maliki een sjiitisch-sjiitische confrontatie uitlokken, en wat is het standpunt van Iran?

Geschreven door – Elijah J. Magnier:

Vertaald door – Francis J.

Irak kende geen scherpe verdeeldheid tussen de sjiieten in de politieke arena en op straat, maar die is er nu wel na de parlementsverkiezingen die ertoe leidden dat de Sadristen de parlementaire meerderheid (73 zetels) behaalden en de verkiezing van de parlementsvoorzitter en zijn twee plaatsvervangers konden benoemen. De meningsverschillen doen zich echter niet alleen voor tussen de sjiitische partijen die zich het “coördinerend kader” (CD) noemen en de Sadristenbeweging. Het is veeleer de CD zelf, met zijn verschillende leden, die niet homogeen is. Dit nodigt de vijanden van Irak uit om met de indirecte steun van de sjiieten de gloeiende kolen van een vuur te ontsteken. Oud-premier Nuri al-Maliki wordt beschouwd als de peetvader van de CD, die rechtstreeks verantwoordelijk is voor het geschil tussen de sjiieten. Er moet echter een definitieve oplossing worden gevonden voor het einde van deze maand, de datum voor de verkiezing van de nieuwe Iraakse president.

Het geschil tussen de sjiieten over belangrijke regeringsposten is niet nieuw. Bij de parlementsverkiezingen in december 2005 behaalde de sjiitische alliantie genaamd “Verenigde Iraakse Alliantie – 555” een meerderheid van 129 parlementszetels. Het parlement telde toen 275 zetels (nu 329). Er waren dus slechts negen zetels extra nodig om een parlementaire meerderheid te behalen (138 zetels). Het verschil deed zich voor tussen de sjiitische coalitie, de machtige partijen onder leiding van de Hoge Raad en de Badr-organisatie, en de Da’wa-partij. Na onderhandelingen waarbij grootayatollah Sayed Ali Sistani betrokken was, werd besloten premier Ibrahim al-Jaafari af te zetten omdat hij de bevoegdheid had gekregen een premier uit zijn Da’wa-partij te kiezen. Hij koos zijn tweede man in de partij, Nouri al-Maliki, wiens naam werd voorgelegd aan de Amerikaanse bezettingsautoriteiten en werd goedgekeurd als de volgende premier.

Al-Maliki’s bewind toonde echter zijn monopolie over de macht. Hij weigerde deze te verdelen onder zijn politieke partners, de machtige sjiitische partijen. In 2008 was Al-Maliki betrokken bij de “Slag van de Ridders”, waarbij al-Maliki een deadline afkondigde voor de Sadristenbeweging om binnen drie dagen hun wapens in te leveren of gedood te worden. Dit leidde voor het eerst tot sjiitisch-sjiitische gevechten, met dit verschil dat de bezettende Amerikaanse troepen de aanvallende troepen steunden en met hen alle vijanden van de Sadristische beweging. De strijd vond plaats in verschillende door de sjiieten gecontroleerde provincies, maar vooral in Basra, waar dezelfde al-Maliki omsingeld was door de Sadristen – die niet capituleerden – en het risico liep gedood te worden.

Subscribe to get access

Read more of this content when you subscribe today.

Advertisements
Advertisements
Advertisements