
Geschreven door – Elijah J. Magnier:
Vertaald door – Francis J.
Er is momenteel geen burgeroorlog in Irak noch een strijd tussen sjiieten en sjiieten, ondanks de parade van wapens, de bezetting van het parlement en de meest beschermde “Groene Zone” in de hoofdstad Bagdad door Sadristdemonstranten. Dit betekent echter niet dat een botsing op straat tussen de demonstranten op een bepaald moment uitgesloten is, aangezien de “Sadrist-beweging” de demonstranten oproept om op straat te blijven en het parlement te bezetten. Het sjiitische “coördinerende kader” (de andere sjiitische groeperingen die zich verzetten tegen de Sadristen) zal echter niet werkloos blijven toezien, afhankelijk van de ontwikkeling van de situatie en van wat de Sadristengroepering wil. Sayyed Muqtada al-Sadr zegt dat hij het land wil regeren of dat niemand anders dat kan. Hij loopt op de rand van de afgrond en mikt waarschijnlijk ongewild op nieuwe parlementsverkiezingen. Dit gaat gepaard met het aandringen van voormalig premier en vicepresident Nuri al-Maliki om door te gaan met de verkiezing van een nieuwe regering, gebruik makend van de vergissing van al-Sadr om zich uit het parlement terug te trekken. Waar gaat het heen in Irak, en wat willen de twee partijen? Zullen de sjiieten verantwoordelijk zijn voor de chaos in het land?
De Sadrist-beweging heeft de parlementsverkiezingen gewonnen met het hoogste aantal vertegenwoordigers dat een enkele partij heeft behaald (73 parlementszetels). Het Federale Hof confronteerde haar met een grondwettelijke interpretatie: elke politieke partij heeft het recht om zijn bondgenoten te laten samen te laten werken – zelfs na de verkiezing van de President van de Republiek – en te eisen dat zij degene wordt die de Eerste Minister kiest, op voorwaarde dat zij erin slaagt het grootste aantal parlementsleden in één coalitie te verenigen.
De interpretatie van de grondwet door het Federale Hof ten spijt, bracht Sayyed Muqtada al-Sadr een alliantie van Koerden en soennieten samen en werd de grootste coalitie met het recht om de leiders van het land te kiezen. Het Federale Hof kwam echter met een nieuwe interpretatie die elke parlementaire groepering die de blokkering in handen heeft, het recht geeft de zitting voor de verkiezing van de premier en de president van de republiek te verhinderen omdat het quorum niet is bereikt.
Sayyid Muqtada vond dat hij niet alleen met zijn soennitische en Koerdische bondgenoten verder kon gaan om de regering te vormen, en het was niet langer mogelijk om de andere sjiitische partijen te omzeilen. Daarom kondigde hij het slechtste besluit aan dat hij ooit had genomen: hij vroeg al zijn parlementsleden ontslag te nemen en gaf al zijn zetels aan andere sjiitische partijen. Het voorheen bange “coördinerende kader” werd enthousiast en greep de kans om de meeste van de 73 zetels te bemachtigen en degene te worden die de president en de eerste minister kiest.
Het lijkt erop dat Sayyed Muqtada op de uitkijk stond. Maar ofwel heeft hij zich misrekend en spijt gekregen van zijn stap om zich uit het Parlement terug te trekken, en heeft hij zich hier op straat verschanst om te voorkomen dat het “coördinerend kader” de nieuwe leiders kiest. Of hij was dat van plan en wilde van tevoren de parlementsverkiezingen overdoen en gelooft dat de manifestaties deze manier zijn om zijn doel te bereiken. Al-Sadr vergist zich echter in zijn besluit om nieuwe parlementsverkiezingen te houden, omdat hij misschien 10-20 extra zetels kan behalen, maar nooit de enige beslisser zal worden die geen enkele andere politieke partij nodig heeft om de leiders van Irak te kiezen.
Al-Sadr streeft er niet naar de corruptie te bestrijden waar hij ook van beschuldigd wordt deel van uit te maken omdat hij aan alle voorgaande regeringen heeft geparticipeerd. Bovendien heeft Sayyed Moqtada zich bij de laatste verkiezingen geallieerd met Masoud Barzani, die beschuldigd wordt van corruptie en van het verkopen van Iraakse olie zonder verantwoording af te leggen aan Turkije en Israël. Sayyed Moqtada’s doel is dan ook om Irak te regeren als de enige sjiitische leider en hij zal niet aarzelen om geweld te gebruiken om de leiding te nemen, zoals hij in 2004 deed in de heilige stad Najaf.
Aan de andere kant wil oud-premier Nuri al-Maliki zo graag de macht voor zichzelf. Niemand binnen het “coördinerende kader” wil dat Al-Maliki weer premier wordt, omdat de laatste jaren van zijn bewind bewezen hebben dat hij een monopolie op de macht wil. Bovendien heeft de Marjaiya in Najaf zijn terugkeer naar de macht geweigerd onder het motto “Irak moet degenen die al besmeurd zijn niet opnieuw aan de macht brengen”. Grootayatollah Sayyed Ali Sistani schreef een brief aan alle sjiitische politieke partijen (in 2015) met het verzoek om de afwijzing van de terugkeer van al-Maliki als premier te bevestigen.Maar al-Maliki is van mening dat aangezien hij de leeftijd van 72 jaar heeft bereikt, het zijn
Subscribe to get access
Read more of this content when you subscribe today.
You must be logged in to post a comment.