De keuze van de Koerden: “Geen vrienden behalve de bergen… en zeker niet Israël.”

Door Elijah J. Magnier:

Vertaald door Francis J.

Veel staten hebben de Koerden (die eenzelfde taal spreken en grensoverschrijdende banden onderhouden met andere Koerdische stammen in Iran, Irak, Syrië en Turkije) door de hedendaagse geschiedenis heen gebruikt — als een wapen tegen verschillende landen in het Midden-Oosten. Dit is vandaag nog steeds het geval, vooral na de Amerikaanse invasie in Irak en de bezetting van Noordoost-Syrië, waar de dominante groep van de Syrische Koerden, de YPG (de Syrische tak van de door de VS en de EU op de lijst geplaatste terroristische groepering PKK) is gevestigd. Maar de Koerden in Irak, Syrië, Iran en Turkije zijn geen homogene groepen, en hun lot en loyaliteiten zijn ook uiteenlopend. 

Ondanks een unieke droom die alle Koerdische bevolkingsgroepen zou verenigen en de hoop dat Washington zou helpen deze droom te verwezenlijken, zal de steun van de VS aan de Syrische en Iraakse Koerden zeker niet leiden tot de verwezenlijking van deze visie – de kosten zijn te hoog. Zelfs indien de VS de Koerden een staat zouden willen geven en “het Midden-Oosten herschikken”, zouden de betrokken landen zich kunnen verenigen en verhinderen dat Washington dat gewenste doel bereikt. De Koerdische relatie met Israël zal weinig veranderen aan de Koerdische status in het Midden-Oosten. De vraag blijft, wanneer zullen de Koerden, die in Syrië en Irak als schild van de VS fungeren, begrijpen dat hun “enige vrienden (nog steeds) de bergen zijn” en dat noch de VS noch Israël hen kan beschermen en dat alleen de landen waar zij hun wortels hebben (en zeker niet Israël)  hun bescherming tegen toekomstige vervolging en enige redding kunnen   zijn?

De Israëlische normalisatie met de Arabische staten ontlast de Koerden van de last om geheime banden met Tel Aviv te onderhouden. De Iraakse Koerdische leider Masoud Barzani heeft reeds gezegd dat hij “geen bezwaar heeft tegen het aanknopen van diplomatieke betrekkingen met Israël”, ook al valt het buitenlands beleid onder de bevoegdheid van de centrale regering van Bagdad, die het idee afwijst. De provincie Koerdistan maakt deel uit van Irak en zal zware gevolgen moeten dragen indien het openlijk toenadering durft te zoeken tot Israël. Bovendien hebben de Iraakse Koerdische leiders behoefte aan een goede relatie met de Arabische landen, Iran en Turkije. Zij zijn niet in een positie om die op het spel te zetten omwille van openlijke betrekkingen met Israël, die kunnen worden voortgezet zonder noodzakelijkerwijs te worden aangeprezen.

Om de westerse solidariteit en het medeleven met de Koerden op gang te brengen, voert Israël het verhaal op dat er emotionele banden tussen de Koerden en de Joden bestaan wegens “het onrecht dat zij beiden ondergaan”. De Israëli’s hebben echter sinds 1947 de meest onuitsprekelijke massamoorden, mishandelingenen genocide op de Palestijnen uitgevoerd. Zij worden door de VN beschuldigd van oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid en blijven oorlogen voeren en naburige landen in het Midden-Oosten lastig vallen. Zij plegen willekeurige aanvallen en oorlogsmisdaden in Libanon en Syrië, bombarderen Irak en plegen onwettige moordaanslagen in Iran en elders, waarbij zij de internationale wetten schenden. De Koerden flirten met Israël om hun positie bij de VS te versterken. De Israëlische lobby heeft een sterke invloed binnen de Amerikaanse regering en “controleert” in wezen de mainstream media, zo wordt althans algemeen aangenomen in het Midden-Oosten. En Israël steunt de Koerden omdat zij instabiliteit kunnen brengen aan hun vijanden en tegenstanders in Iran, Turkije, Irak en Syrië: zij vormen een voordelige operationele uitvalsbasis voor Israël.

Wanneer de Koerden in de oude en de hedendaagse geschiedenis in opstand kwamen tegen het gastland waarin zij woonden, en hun opstand mislukte, staken zij de onbewaakte grenzen over naar een buurstaat. Zij zochten onderdak bij de Koerdische stammen die in dat land woonden. Nu zijn de Koerden voornamelijk, maar niet uitsluitend, verzameld in Iran, Turkije, Irak en Syrië. Toen de “Islamitische Staat” (ISIS) op het punt stond Ain al-Arab (Kobane) te bezetten, vroegen en kregen de VS de toestemming van Turkije om een Peshmerga-troepenmacht over Turks grondgebied te sturen om de val van de Syrische stad te voorkomen. 

De Syrische Koerden hebben een positieve rol gespeeld door de steden Nubbl en Zahraa te helpen het door Al Qaida opgelegde beleg te doorstaan. In ruil daarvoor boden het Syrische leger en zijn bondgenoten tijdens de oorlog steun aan de Koerden in Hay Maqsoud in Aleppo. Toen Turkije de Koerdische stad Afrin aanviel en bezette, vond een groot deel van de Koerdische bevolking in Nubbl en Zahraa een warm welkom en onderdak. De relatie tussen de YPG en Damascus veranderde echter toen de VS de YPG aanmoedigde Afrin aan Turkije in plaats van Damascus over te laten en de olie te winnen, deze aan de Syrische regering (Irak en Turkije) te verkopen en te voorkomen dat de overvloedige landbouwrijkdommen in het Koerdische gebied de rest van Syrië zouden bereiken.

De YPG-Koerden die in de provincies al-Hasaka, Raqqah en Deir-Ezzour zijn ingezet, hebben de kans gegrepen om als schild voor de Amerikaanse bezettingstroepen te fungeren in de hoop een eigen staat te kunnen oprichten onder de naam “Rojava”. Turkije, een buurland, heeft zich bij de VS en de Europeanen aangesloten door de Syrische Koerden YPG (Volksbeschermingseenheden) en de Syrische tak van de PKK (Koerdistan Arbeiders Partij) als terroristische organisatie te classificeren. De soldaten van Ankara hebben verhinderd dat de YPG hun Rojava kregen door Afrin en andere Syrische steden in de noordelijke provincies van de Arabisch-Koerden te bezetten, tot ongenoegen van de VS en de westerse strijdkrachten, die Noord-Oost-Syrië hebben bezet. 

De VS en sommige westerse landen houden hun troepen echter ter plaatse zonder mandaat van de VN of van de regering in Damascus. Bijgevolg worden de westerse troepen als bezettingsmacht beschouwd. De Koerden vinden het niet erg om als schild op te treden voor de VS en andere westerse troepen zolang de VS en zijn bondgenoten illegaal in Syrië gestationeerd zijn. in de hoop controle te houden over het Syrische grondgebied  De leiding van de YPG hoopt dat de VS nog vele jaren in Syrië zal blijven en de Koerden in staat zal stellen sterker te worden en zelfs de centrale regering van Damascus uit te dagen.

Bronnen in al-Hasaka hebben bevestigd dat de YPG-Koerden uitstekende betrekkingen onderhouden met de VS en Israël, ondanks de (officieel ontkende) hulp van de VS en de Israëlische Mossad bij het toezicht op de groepering die leidde tot de gevangenneming van de PKK-leider, Apo Abdullah Öcalan, in Kenia in 1999. De leider van de PKK was een voormalige marxist (op het vijfde congres in januari 1995. De PKK verwijderde de hamer en sikkel van haar vlag omdat zij van mening was dat het communisme was ingestort en dat het de VS zijn die de ontwikkeling vertegenwoordigen. Öcalan kreeg in 1991 een trainingskamp in de Libanese Bekaa-vallei en was openlijk antizionistisch en stond volledig achter de Palestijnse zaak. De PKK-leider was tegen de opbouw van een Koerdische natiestaat. Hij zei: “De Koerdische natiestaat zal bloedbaden aanrichten, zoals het tweede zionisme… Hij werd opgericht om tegen Iran en Turkije gebruikt te kunnen worden. Ik heb geprobeerd dit te voorkomen.”

De Syrische YPG (en de Iraakse Regionale Regering van Koerdistan – KRG) beschouwt Israël ten onrechte als een brug naar het “Grote Koerdistan”. De Koerdisch-Israëlische relatie gaat terug tot 1931 met Reuven Shiloah, de eerste baas van de Mossad, die naar Bagdad en Koerdistan werd gestuurd als de eerste afgezant van de Joden in de landen van het !!br0ken!!

Koerdistan imiteerde de weg van “Yahudistan” (“Land van de Joden, Joodsstan”), met de bewering dat zowel de Koerden als de Joden etnisch verschillend zijn van de naburige Arabieren, Perzen en Turken. De Koerden, hoofdzakelijk de Iraakse Koerden, zijn natuurlijke bondgenoten van Israël en zijn dat al zes decennia lang. De banden tussen de twee groepen zijn historisch, politiek en economisch.

Koerdische Joden die in de jaren veertig en begin jaren vijftig naar Israël emigreerden, werden ambassadeurs voor de Koerden van Irak en bepleitten hun zaak bij het Israëlische publiek. In de jaren 1960 hielpen de Iraakse Koerden de overgebleven Joden Irak uit te smokkelen. Ongeveer 300.000 Joden van Koerdische afkomst verblijven in Israël. In 1966 beschuldigde de Iraakse minister van defensie Abd al-Aziz al-Uqayli de Koerden van de oprichting van “een tweede Israël” in het Midden-Oosten. 

In 1963 gaf de Israëlische premier Golda Meir de Koerden 100.000 dollar. De Israëlische stafchef Rafael Eytan heeft Koerdistan bezocht. In 1968 en 1973 heeft Mustafa Barzani tweemaal Israël bezocht voor ontmoetingen met Israëlische functionarissen, waaronder Levi Eshkol en Meir, de eerste ministers in die jaren. De Israëlische premier Menachem Begin gaf toe dat Israëli’s Koerdische strijdkrachten opleiden in Israël en Koerdistan. Tijdens de Koerdische opstand tegen de Irakezen in 1965-1975 leverden zij wapens, antitank- en luchtafweerwapens en munitie. De Israëlische Mossad gebruikte het bergachtige gebied voor operaties in Irak, Iran, Syrië en Turkije.In 1975 kwam de relatie tot stilstand nadat Irak en Iran het Akkoord van Algiers hadden ondertekend om een einde te maken aan de Koerdische opstand (gesteund door de Sjah van Iran), en Iran ermee instemde de toegang van Israël tot Iraaks Koerdistan af te sluiten. In 1980 gaf de Israëlische premier Menachem Begin toedat de Israëli’s de Koerden hadden bijgestaan tijdens hun opstand tegen de Irakezen tussen 1965 en1975. In 2013 bezocht de vice-president van de KRG, Kasart Rasul, Israël met een delegatie om kennis te maken met de Israëlische landbouwtechnieken. In juni 2014 accepteerde Israël een grote Koerdische 

Subscribe to get access

Read more of this content when you subscribe today.

oliezending in de Koerdische strijd tegen ISIS. De aankoop was een belangrijke hulp voor de Koerdische regering in een tijd van economische crisis. 

In mei en augustus van 2015 importeerde Israël 14 miljoen vaten Koerdische olie, goed voor 77% van de Israëlische vraag. Het is belangrijk op te merken dat de Koerden olie exporteerden naar Israël tegen de wil van de Iraakse centrale regering. In 2017 was Israël het enige land dat een controversieel onafhankelijkheidsreferendum publiekelijk steunde, en het kondigde zijn steun aan voor de Koerdische onafhankelijkheid zoals tegengewerkt door de VS in 2018: delegaties uit Koerdistan bezochten Israël om Israëlische leiders en academici te ontmoeten

Dagen na de tweet van voormalig president Donald Trump over de terugtrekking van de VS, kondigde de Israëlische premier Benjamin Netanyahu aan dat Israël bereid was om humanitaire hulp te geven aan het “dappere Koerdische volk“. Toch zijn de Koerden burgers van drie landen die openlijk vijandig staan tegenover Israël, namelijk Iran, Irak, Syrië, en één land, Turkije, waarvan de betrekkingen met Israël lauw zijn. In 2019 zei Tzipi Hotovely, Israëls onderminister van Buitenlandse Zaken: “We helpen hen (de Koerden) via verschillende kanalen…”. Hij is er trots op dat wij een standpunt innemen aan de zijde van het Koerdische volk.

 De Israëlisch-Koerdische relatie kan de KRG alleen ten goede komen als de VS zich inzetten voor de opsplitsing van Irak en Syrië, een onwaarschijnlijke en onwenselijke stap. De steun van de VS aan de Koerden zal naar verwachting echter niet van onbepaalde duur zijn, gezien de Turks-Iraanse en de centrale regering in Bagdad absolute afwijzing van een Koerdische staat . Turkije zou drastische stappen kunnen nemen en zijn partnerschap met Rusland kunnen uitbreiden ten koste van de NAVO en de VS, een positie waarvoor geen enkele Amerikaanse regering verantwoordelijk zou willen zijn. Iran kan de grenzen met Koerdistan sluiten, en de Iraakse veiligheidstroepen kunnen een blokkade over de noordelijke provincie opwerpen. En financieel kunnen noch de VS noch Israël tegemoet komen aan de financiële eisen van Erbil en de salarissen van de werknemers.

Abdullah Öcalan zei eens: Het is moeilijker om de traditionele Koerdische manieren te veranderen dan het atoom te splijten. De Koerdische droom is gemaakt om een droom te blijven. De Koerden blijven zich opwerpen als huurlingen en als schild voor buitenlandse troepen. Wanneer zullen de Koerden hun bewustzijn verhogen en zich tot hun respectieve gastregeringen wenden om hun relatie te stabiliseren en zich volledig in hun verschillende landen te integreren?

Advertisements
Advertisements
Advertisements