Is Irak op weg naar chaos?

Geschreven door – Elijah J. Magnier:

Vertaald door – Francis J.

Na acht maanden van politiek gekibbel is Sayyed Muqtada al-Sadr uit zijn boom geklommen en heeft hij de rollen omgedraaid door als eerste stap zijn 73 afgevaardigden te vragen hun ontslag in te dienen. Deze stap zou te zijner tijd worden gevolgd door escalerende stappen, als onderdeel van Moqtada’s gebruikelijke beleid, om te kiezen voor zijn voorkeursoptie: zijn volgelingen de straat oproepen en aan te sturen op nieuwe parlementsverkiezingen, in de hoop een meerderheid te verkrijgen om Irak zonder tegenstand van andere sjiitische groeperingen te regeren. Dit kan niet van de ene dag op de andere gebeuren zonder een of andere confrontatie die ongetwijfeld chaos, instabiliteit en interne onrust in Irak zal teweegbrengen.

Na de uitslag van de parlementsverkiezingen, waarbij de Sadrist-beweging 73 van de 329 zetels behaalde, het hoogste aantal van alle politieke partijen, meende Muqtada al-Sadr dat hij de verkiezingen had gewonnen. Bijgevolg meende Sayyed Moqtada dat hij het recht had om de parlementsvoorzitter, de president en de premier te kiezen in overeenstemming met een soennitisch-Koerdische alliantie. De Sadrist-leider sloot alle andere sjiitische partijen uit, zodat hij de enige sjiitische leider van Irak zou worden. Hij nam echter wel het initiatief om alle sjiitische partijen te bezoeken. Hij vroeg hen zich bij hem aan te sluiten zonder de voormalige premier Nuri al-Maliki (Moqtada heeft het veto tegen al-Maliki later opgeheven, maar de animositeit bleef).

Al-Sadr deed dat alleen omdat de partijen die hem gevraagd werden zich bij zijn groep aan te sluiten, zwak waren zonder Al-Maliki en dus gemakkelijker te controleren. Sayyed Moqtada geloofde dat zijn solidariteitsovereenkomst vóór de verkiezingen met Hadi al-Amiri (de leider van de groep “al-Fatah” die populariteit en politiek aanzien geniet die al-Sadr waardeert) een slimme zet was om afstand te bewaren ten opzichte van andere sjiitische partijen die loyaal zijn aan Iran. Al-Amiri sprak echter zijn veto uit over de overeenkomst en sloot zich aan bij de coalitie van sjiitische partijen die samen het “Coördinatiekader” vormen. Vervolgens werd een sjiitisch blok gevormd, waarbij Al-Sadr werd gevraagd zich  aan te sluiten om deel te nemen aan de regering volgens zijn “parlementaire maat”. Dit is precies wat de Sadrist-leider van meet af aan had afgewezen.

Sayyed Muqtada merkte echter de invloed op die Maliki gedurende zijn twee termijnen als premier had opgebouwd. Dit bleek tijdens de eerste vergadering van het Huis van Afgevaardigden toen president Mahmoud al-Mashhadani de zitting verliet om deze te verstoren nadat hij een van de parlementsleden van de Sadristen ervan had beschuldigd hem te hebben aangevallen. Het doel was de vergadering op te blazen en te voorkomen dat Moqtada zichzelf als grootste groep zou uitroepen tot zijn parlementsleden. Het Federale Hof besloot echter dat het legaal was dat een andere voorzitter, de oudste na al-Mash’hadani, het overnam en de zitting veiligstelde. Al-Sadr prees de beslissing van het hof, dat de wettigheid verklaarde van de bekrachtiging van alle afgevaardigden die hun ambt aanvaarden.

Sayyed Moqtada viel Iran echter openlijk aan voor, tijdens en na de verkiezingen zonder het direct bij naam te noemen, door het woord “Oost” te gebruiken als symbool voor de geografische positie van Iran ten opzichte van Irak. Moqtada’s agressieve houding kietelde de gemoederen van zijn volgelingen, ondanks het feit dat hij gezanten naar Teheran en Libanon heeft gestuurd, die voortdurend in contact staan met functionarissen die invloed hebben op Irak en hun betrekkingen kunnen gebruiken om obstakels uit de weg te ruimen indien daarom wordt gevraagd.

Het Federale Hof bemoeide zich er opnieuw mee, maar deze keer niet ten gunste van Sayyed Moqtada, door zijn interpretatie te geven van het “grootste parlementaire blok”. Volgens de federale rechtbank kan het grootste blok worden gevormd door onafhankelijke parlementsleden en politieke blokken die zich onder de koepel van het parlement verenigen in één grote coalitie. Deze coalitie kan ook tot stand komen na de verkiezing van de president van de republiek, maar vóór de benoeming van de kandidaat-premier. Door de juridische interpretatie van de federale rechtbank verloor Muqtada het grootste parlementaire blok, verdiend met 73 parlementsleden. De interpretatie van de federale rechtbank was ongetwijfeld in het belang van het “coördinerend kader”, dat zo de kans kreeg – maar tevergeefs – om te proberen bondgenootschappen aan te gaan met onafhankelijken, soennieten en Koerden en zo al-Sadr te verslaan.

Subscribe to get access

Read more of this content when you subscribe today.

Advertisements
Advertisements
Advertisements