De terugkeer van de “Tanker Oorlog” met boodschappen die het nucleaire dossier beïnvloeden

Geschreven door – Elijah J. Magnier:

Vertaald door – Francis J.

Na twee jaar van onzekere rust, is de “Tankeroorlog” weer terug in de internationale arena. Iran confronteerde de VS via zijn Europese proxy-bondgenoot, Griekenland, die tegen Teheran werd opgezet. Deze keer is de confrontatie echter anders, omdat de Iraanse boodschap niet beperkt blijft tot het in beslag nemen van een of twee olietankers, maar ook een reactie is op het nucleaire dossier, waardoor het spanningsniveau naar een hoger niveau wordt getild, waarbij de zaken meer kunnen ontaarden dan ze lijken als de VS tot escalatie overgaan.

Op 19 april heeft Griekenland de Russische olietanker “Pegas” voor de kust van het eiland Evia in beslag genomen en de naam veranderd in “Aframax Lana”, hetgeen gebeurde toen Iran aankondigde dat het schip toebehoort aan de “Islamitische Republiek Iran”, hoewel het onder Russische vlag vaart. Volgens de Griekse autoriteiten werd de tanker, die 115.000 ton Iraanse olie vervoerde, op verzoek van de VS in beslag genomen. De olielading werd overgepompt op een ander schip, dat onder Liberiaanse vlag vaart, om vervolgens in de havens van de VS te worden afgeleverd, wat niet veel weg heeft van internationale piraterij. 

Iran beschouwde deze daad als een schending van het internationale recht. Geen enkele gerechtelijke autoriteit heeft immers het recht de olielading van een tanker in beslag te nemen en deze aan een ander land te geven onder welk voorwendsel of welke politieke druk dan ook, zelfs niet van een supermacht als de VS. Deze daden wijzen eens te meer op de tendens van machtige naties om de internationale wetten niet langer te eerbiedigen.

De Iraanse reactie liet niet op zich wachten: de Iraanse Revolutionaire Garde nam twee Griekse olietankers in beslag, “Delta Poseidon” (met een bemanning van 25 man) en “Prudent Warrior” (met een bemanning van 24 Grieken en Filippino’s), die geladen waren met Iraakse olie uit Basra. Hierdoor stegen de olieprijzen tot 119 dollar, waardoor de wereldeconomie zwaarder werd belast en de toch al woelige markten werden verstoord als gevolg van de westerse sancties tegen Rusland en de dorst naar gas en olie door de oorlog in Oekraïne.

De twee Griekse olietankers werden benaderd door Iraanse helikopters, geënterd door de strijdkrachten van de Iraanse Revolutionaire Garde (IRGC), en gedwongen 11 mijl voor de Iraanse kust voor anker te gaan. De keuze van de twee olietankers was verre van toevallig: de olielading zou aan de VS worden geleverd. Iran aanvaardde de uitdaging van Washington en toonde geen angst om terug te slaan naar zowel Griekenland als (vooral) de VS. Het geeft verder aan dat Iran de Europese naties beschouwt als onderworpen aan het Amerikaanse dictaat: de echte strijd is met Washington, niet met enig ander Europees land.

Dat roept vragen op: De wereld is inmiddels op de hoogte van de krachtige methode van Iran toen in juli 2019 de onder Britse vlag varende tanker “Stena Impero” werd tegengehouden nadat Groot-Brittannië een Iraanse tanker voor de kust van Gibraltar had onderschept. De vraag is dan ook: wat zit er achter de wederzijdse piraterij van olietankers?De onderhandelingen in verband met het nucleaire dossier zijn in Wenen beëindigd. Er valt niets meer te bespreken behalve het politieke besluit van de VS om de naam en de instellingen van de IRGC te schrappen van de lijst van terroristen. De VS verzetten zich ertegen om dit snel te doen, aangezien sommige van hun ambtenaren naar de media hebben gelekt dat Iran geen voorwaarden kan opleggen die geen verband houden met het nucleaire dossier. De VS zijn van oordeel dat de IRGC niet van de lijst van terroristen mag worden geschrapt wegens haar toenemende capaciteiten en haar steun aan Iraanse 

Subscribe to get access

Read more of this content when you subscribe today.

Advertisements
Advertisements
Advertisements